Een tijdperk van ‘nee’, een boek van ‘ja’.

“Een boek? Ik schaam me om het te zeggen, maar ik ben geen boekenlezer. Te onrustig, altijd al geweest. Een paar pagina’s en dan gaat mijn hoofd met me aan de haal.” Toch was er dat ene boek, zeven jaar geleden dat hij tijdens een weekeinde op de Veluwe in één ruk uitlas en wat hem nooit meer losliet. Boem. Binnen, zonder omweg.

Door: Laila Frank | Fotografie: Marius Hille Ris Lambers

Acteur Nasrdin Dchar over 400 Brieven van mijn Moeder van Joseph Oubelkas: “Dat eeuwige optimisme, man, wat inspirerend. Stel je voor dat je 5 jaar onschuldig vastzit in een Marokkaanse gevangenis. De kakkerlakken lopen rond, je gaat naar de plee tussen 50 andere mannen – geen lieve jongens. Geloof me, dat wil je niet. Dan de hoop weten vast te houden; ja, dan ben je in mijn boekje een grote baas. Joseph Oubelkas kon in die omgeving toch genieten van de kleine dingen: wolken die voorbij dreven, een poes die hij hoorde miauwen. En hij ontwikkelde zich: de grootste criminelen wilden hem als leraar Engels of als sportinstructeur. Hij wist iets te maken uit helemaal niets en bleef optimistisch. Dat vind ik ongelooflijk inspirerend.”

“Het is niet moeilijk om in zo’n situatie de hoop te laten varen. Wat me raakte was dat hij niet opgaf. Net zomin als zijn moeder. Ze bleef hem schrijven, 400 brieven lang. Elke kattebel weer schreef ze vertrouwen. Elke keer weer gaf ze hem iets om voor te vechten. Dat is zoiets moois. Ik weet niet of ik dat had gekund, ik ben een doemdenker. Ook met audities, of nu, met het maken van een nieuwe solo. Het wordt niets, als dat maar goed gaat, denk ik dan. Doodvermoeiend.”

“Die pessimist in mij maakt zich grote zorgen. Het optimisme in onze maatschappij is aan het verdwijnen. We leven in een periode van tegen, een tijdperk van nee. Dat nee gaat gepaard met angst, met wantrouwen, met lelijkheid. Nee gaat over elkaar niet willen zien, elkaar niet willen horen. Oubelkas’ verhaal gaat over het tegendeel. Zijn verhaal is een volmondig ja. Ja tegen het leven, ja tegen de liefde, ja tegen elkaar. Dat is wat ik wil. Als ik eens in de zoveel tijd een boek lees, dan mag het een boek zijn zoals dit.”

 

Nasrdin Dchar

In 2011 katapulteerde het Gouden Kalf voor Beste Acteur in de film Rabat de carrière van acteur Nasrdin Dchar (1978) naar het Nederlandse hoofdtoneel. Sindsdien is hij niet weg te slaan van het Nederlandse doek (onder meer Tirza, Wolf), het televisiescherm (onder meer Mocro Maffia) en van de podia. Op 14 februari 2019 gaat zijn nieuwe solo JA in première.

400 Brieven van mijn Moeder

Zonder onderzoek of bewijs wordt de 24-jarige Joseph Oubelkas voor vermeende drugssmokkel veroordeeld tot 10 jaar celstraf in een Marokkaanse gevangenis. 400 Brieven van mijn Moeder vertelt het waargebeurde verhaal van de Brabander. Zijn biografische roman vertelt over het harde leven in de gevangenis, de vriendschappen die desondanks ontstaan en over de hoop en de steun in de vorm van pen, papier en moederliefde.

 

NAWOORD: In de print uitgave van Bernie is bij de biografie van Nasrdin Dchar de titel ‘die Marokkaan uit de film’ gebruikt; dit als plagerige omschrijving van de carrière van de Marokkaanse acteur en zijn bekendheid bij het grote publiek. Deze titel is gekozen door de hoofdredactie van Bernie zonder consultatie met de redacteur van het stuk. De redacteur kan zich niet vinden in de keuze voor de titel. De hoofdredactie betreurt dit en wil met de aanpassing de redacteur noch Nasrdin Dchar in verlegenheid brengen en zal bij verdere publicatie van dit artikel nog alleen de titel gebruiken zoals gekozen door de redacteur.

Floris Müller, hoofdredactie Bernie